De kleine stappen in een carrière zijn bijvoorbeeld beïnvloed door willekeurige gebeurtenissen. ‘Dus is het redelijk te concluderen dat nagenoeg alle succesvolle carrières op zijn minst een zekere mate van geluk met zich meebrengen,’ schrijft Frank in de New York Times.
De econoom haalt verschillende onderzoeken aan die dit benadrukken. Zoals een uit 2008 waaruit blijkt dat kinderen die in de zomer zijn geboren – en die de jongste in de klas zijn – minder leiderschapsposities later bekleden tijdens de middelbare school en – volgens een ander onderzoek – minder goede banen bemachtigen. Ook de eerste letter van iemands achternaam kan verschillen in prestaties verklaren: hoe eerder die in het alfabet staat, des te groter de kans een assistent-professor heeft op een promotie. Dat zou komen doordat ze eerder op papers worden genoemd dan collega’s wiens achternaam later in het alfabet staat (in psychologie, waar onderzoekers niet op alfabet boven een paper worden gezet, werd dit verschil in promoties niet gevonden).
Maar zorgen dit soort overpeinzingen over geluk er niet voor nihilistische, fatalistische mensen? Frank denkt van niet. ‘Alleen al mensen uitnodigen om te reflecteren over hun geluk zorgt ervoor dat ze meer willen bijdragen aan de gemeenschap, volgens een studie die in 2010 werd gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Emotion.’